Goto main content

Antipersoonsmijnen in kerncijfers

Bron: Landmine Monitor Report 2014

  • In 2013 werden wereldwijd 3.308 nieuwe slachtoffers van explosief oorlogstuig geteld. Dat zijn gemiddeld 9 slachtoffers per dag.
  • De meeste slachtoffers zijn burgers (79%). De ongevallen komen vooral voor tijdens dagelijkse activiteiten (veeteelt, zoeken naar voedsel/hout/metaal, spelen, ...), in landelijke gebieden.
  • In 2013 vertegenwoordigden kinderen 46% van het totale aantal burgerslachtoffers wiens leeftijd gekend is. Ze vertegenwoordigden zelfs meer dan 75% van alle slachtoffers in de Democratische Republiek Congo (DRC), in Jemen en in Zuid-Soedan.
  • Gelukkig neemt het aantal slachtoffers af dankzij de geleverde inspanningen: in 2013 vielen 24% minder slachtoffers dan in 2012.
  • 56 staten en 4 andere gebieden lagen eind 2014 nog bezaaid met antipersoonsmijnen, waaronder Afghanistan, Algerije, Bosnië en Herzegovina, Cambodja, Colombia, Congo (DRC), Noord-Korea, Zuid-Korea, Cuba, Irak, Iran, Israël, Laos, Libanon, Libië, Palestina, Somalië, (Zuid-)Soedan, Syrië, Thailand, Turkije en Vietnam.
  • De laatste 15 jaar telde men het hoogste aantal jaarlijkse slachtoffers in (in afnemende volgorde) Afghanistan, Colombia en Cambodja. Deze drie landen vertegenwoordigen samen 39% van alle slachtoffers wereldwijd sinds 1999. De andere landen die een groot aantal geregistreerde slachtoffers tellen (meer dan 100) zijn Pakistan, Syrië, Irak, Iran en Myanmar.
  • Syrië en Myanmar zijn de twee staten die antipersoonsmijnen gebruikten tussen september 2013 en oktober 2014. Niet-officiële rapporten maken gewag van het gebruik van antipersoonsmijnen in het conflict tussen de Oekraïense regeringstroepen en de Russische separatisten.
  • Ook niet-staatsgebonden gewapende groepen hebben in dezelfde periode antipersoonsmijnen gebruikt in de volgende acht landen: Afghanistan, Libië, Colombia, Myanmar, Pakistan, Syrië, Jemen, alsook op het separatistische grondgebied Nagorno-Karabach. De FARC (Colombia) maakt hoogstwaarschijnlijk deel uit van de rebellengroepen die wereldwijd het vaakst gebruik heeft gemaakt van antipersoonsmijnen.
  • 162 landen hebben het Verdrag inzake het verbod op antipersoonsmijnen reeds bekrachtigd. Sinds dit verdrag van kracht is, hebben 88 lidstaten hun voorraad antipersoonsmijnen vernietigd, wat meer dan 48 miljoen mijnen vertegenwoordigt.
  • Er liggen nog steeds meer dan 160 miljoen antipersoonsmijnen opgeslagen door 33 staten die geen partij zijn bij het verdrag. Na recente verklaringen van de Verenigde Staten en China over hun arsenaal zou het totale aantal mijnen vandaag echter hoger kunnen liggen dan 50 miljoen.
  • 11 landen zijn nog steeds geregistreerd als producenten van antipersoonsmijnen (vs. ongeveer 50 in 1999). Maar enkel Zuid-Korea, India, Pakistan en Myanmar zouden er actief blijven produceren.
  • In 2013 werd minstens 185 km² aan grond opgeruimd. Zo werden ongeveer 275.000 antipersoonsmijnen vernietigd.