Brussel, donderdag 5 juli 2018 - De voorbije dagen is het aantal Syriërs dat het conflict in het zuiden van het land ontvluchtte verviervoudigd, van ongeveer 60.000 naar 272.000 burgers. Volgens het Bureau voor de coördinatie van humanitaire aangelegenheden van de Verenigde Naties (OCHA) vluchtte het merendeel van hen naar de Golanhoogte aan de grens met Israël. Zo’n 60.000 burgers begaven zich in de richting van de zuidelijke grens met Jordanië. De burgers proberen te ontkomen aan de zware luchtaanvallen en worden aan de grenzen aan hun lot overgelaten in erbarmelijke omstandigheden en zonder passende humanitaire hulp. Velen slapen in tenten, in overbevolkte noodverblijven of onder de blote hemel vlak bij de grenzen, zonder toegang tot medische bijstand, drinkbaar water en sanitaire voorzieningen.
”De massale toestroom van burgers aan de Israëlische en Jordaanse grenzen geeft aanleiding tot grote ongerustheid op het gebied van bescherming. De burgers kunnen het Israëlische of Jordaanse grondgebied niet op een veilige manier betreden. Wij sporen de strijdende partijen aan om een einde te maken aan de bombardementen op de burgerbevolking en om de humanitaire hulpverleners toegang te verschaffen tot alle bevolkingsgroepen die daaraan behoefte hebben, overeenkomstig het internationaal humanitair recht”, verklaart Jean-Pierre Delomier, directeur noodhulpacties van Handicap International (HI).
450 000 burgers zitten gevangen
OCHA schat dat meer dan 450.000 burgers nood hebben aan hulp in de zuidelijke gouvernementen en dat de meesten van hen geen kant op kunnen. De humanitaire hulp aan de grenzen volstaat niet om aan de behoeften van de ontheemde families te beantwoorden. Het huidige offensief heeft de toegang voor humanitaire hulp nog verder beperkt, zowel in het land zelf als vanuit het buitenland. HI roept op om de bestaande grensoverschrijdende hulp, die absoluut noodzakelijk is, te handhaven en om alternatieve oplossingen uit te werken om de hulp aan de grenzen uit te breiden, samen met de plaatselijke overheden. Deze crisis aan de grenzen wijst duidelijk op het gebrek aan duurzame beschikbare oplossingen voor de Syrische bevolking. De internationale gemeenschap moet haar deel van de verantwoordelijkheid beter opnemen en moet de nodige steun bieden aan Jordanië, dat meer dan 666.000 Syrische vluchtelingen opneemt.
Gevaar door aanwezigheid niet-ontplofte springtuigen
”De hoge graad van vernieling en de aanwezigheid van niet-ontplofte springtuigen in woongebieden, scholen, ziekenhuizen en andere openbare infrastructuren vormen een bijkomend risico voor de burgerbevolking. Er moet prioriteit gegeven worden aan maatregelen tegen mijnen, meer bepaald door een bewustmaking over de risico’s ervan en onmiddellijke hulp aan de gewonden”, voegt Jean-Pierre Delomier toe.