Meteen naar de inhoud

4 jaar conflict in Jemen: Handicap International veroordeelt dagelijkse bombardementen

Willekeurige bombardementen, een erkende voedselcrisis, nietsontziende epidemieën … al sinds 2015 betaalt de Jemenitische bevolking een hoge tol voor het blinde geweld tussen Houthi’s en regeringstroepen gesteund door de coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië. Terwijl een VN-resolutie in december 2018 nog een waterkansje bood op een staakt-het-vuren, wordt het akkoord in Hodeida, Hajjah en Sanaa inmiddels elke dag met de voeten getreden. Na 18.000 luchtaanvallen en een systematisch gebruik van antipersoonsmijnen is de burgerbevolking het grootste slachtoffer in deze asymmetrische oorlog.

NEEM CONTACT OP MET

Duarte DE MUNTER

+32 (0) 478 95 47 07
[email protected]

Brussel, dinsdag 26 maart 2019 - Willekeurige bombardementen, een erkende voedselcrisis, nietsontziende epidemieën … al sinds 2015 betaalt de Jemenitische bevolking een hoge tol voor het blinde geweld tussen Houthi’s en regeringstroepen gesteund door de coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië. Terwijl een VN-resolutie in december 2018 nog een waterkansje bood op een staakt-het-vuren, wordt het akkoord in Hodeida, Hajjah en Sanaa inmiddels elke dag met de voeten getreden. Na 18.000 luchtaanvallen en een systematisch gebruik van antipersoonsmijnen is de burgerbevolking het grootste slachtoffer in deze asymmetrische oorlog.

Tussen maart 2015 en oktober 2018 werden in de Jemenitische zorgvoorzieningen al meer dan 70.000 slachtoffers van het conflict opgetekend. In werkelijkheid ligt dat ontstellende cijfer met zekerheid nog veel hoger. 18.000 luchtaanvallen, waarbij de burgers 75 % van de slachtoffers uitmaken, en duizenden antipersoonsmijnen ter verdediging van de frontlijn hebben van Jemen een van de meest ‘besmette’ landen ter wereld gemaakt.

“Het is een asymmetrische strijd. Een gesofistikeerd leger dat massaal blinde bombardementen voert in stedelijke gebieden neemt het op tegen een gewapende groepering die teruggrijpt naar mijnen, het wapen van de armen. De burgerbevolking bevindt zich tussen twee vuren en betaalt de prijs voor het conflict!” legt Maud Bellon uit, missieverantwoordelijke voor Handicap International in Jemen. Antipersoonsmijnen langs de westkust van het land en rondom de stad Hodeidah moeten verhinderen dat de vijand oprukt, maar doden en verwonden vrijwel uitsluitend burgers. Daarenboven ligt de bodem nog bezaaid met honderden explosieve resten van bombardementen.

“De ‘besmetting’ is complex en buitengewoon divers: oude mijnen van Belgische, Chinese of Oost-Duitse makelij, geïmproviseerde mijnen, soms vervaardigd in grote aantallen, resten van raketten, bommen en clustermunitie … een waaier aan wapens die volgens het internationaal recht verboden zijn!” aldus Maud Bellon, missieverantwoordelijke voor Handicap International in Jemen.

Sinds 2015 heeft die overvloed aan springtuigen een domino-effect: elke maand raken 600 burgervoorzieningen verwoest of beschadigd, de economie vervalt in chaos met inflatie en schaarste tot gevolg – vooral aan voedsel –, gemeenschappen slaan op de vlucht enz. Vandaag is 80 % van de bevolking aangewezen op humanitaire hulp.

De toegang tot de bevolking blijft een gigantisch probleem in Jemen

Door de frequentie van de gevechten werden al bijna honderd geïmproviseerde kampen opgetrokken en weer afgebroken in Hajjah, Hodeida en het zuiden van het land. Momenteel telt Jemen 3 miljoen ontheemden en naar schatting zijn al 1 miljoen personen ‘teruggekeerd’. “De bevolking is constant in beweging. We moeten ons dus aanpassen. In tegenstelling tot Irak bijvoorbeeld, is de situatie in Jemen zo moeilijk omdat de overgrote meerderheid van de kampen geïmproviseerd is en vrijwel van dag op dag kan verdwijnen”, licht Maud Bellon toe.

Bovenop de complexiteit in het licht van de volksverplaatsingen bemoeilijken ook problemen inzake veiligheid en administratie het werk van de ngo's, die hun slagkracht aanzienlijk zien slinken. “Het is van cruciaal belang om de aanvoer van hulp tot bij de betrokken bevolkingsgroepen veilig en neutraal te laten verlopen. Er heerst een grote solidariteit onder de ngo's om onder meer het administratieve pad te effenen voor alle spelers en de dagelijkse onderhandelingen met overheden te vergemakkelijken. Toch volstaat dat niet”, besluit ze.