Sara Shwany heeft één doel: het aantal oorlogsslachtoffers beperken
Sara Shwany werkt sinds 2016 mee aan het sensibiliseringsproject van Handicap International rond de gevaren van explosieve wapens in Irak. Ondanks haar jonge leeftijd – 28 jaar – heeft de projectverantwoordelijke zelf al ervaren hoe gevaarlijk mijnen kunnen zijn.
Sara Shwany werkt sinds 2016 mee aan het sensibiliseringsproject van Handicap International rond de gevaren van explosieve wapens in Irak. Ondanks haar jonge leeftijd – 28 jaar – heeft de projectverantwoordelijke zelf al ervaren hoe gevaarlijk mijnen kunnen zijn.
“Ik ben in 1990 in Bagdad geboren. Ik woonde samen met mijn ouders en drie broers. Toen ik klein was, vluchtte mijn familie voor de oorlog naar Koerdistan. Toen we de grens met Iran overstaken, moesten we door een mijnenveld. Ik herinner me nog dat mijn vader zei dat we in zijn voetstappen moesten treden en vooral niet naar de kanten mochten afwijken. Ik was pas drie jaar en was me toen nog niet bewust van het gevaar.”
Ze groeide dus op in Koerdistan, in de stad Kirkoek, en behaalde een ingenieursdiploma. Na haar persoonlijke ervaring wilde ze zich inzetten voor een ngo. “Al tijdens mijn studies had ik interesse voor humanitair werk, zeker als het ging over ontheemden en vluchtelingen. Mijn familie heeft immers hetzelfde meegemaakt, aangezien we zijn vertrokken omwille van de oorlog. Ik weet hoe moeilijk deze mensen het hebben.”
“De burgers betalen een hoge tol.”
Sinds 2016 wijdt Sara al haar energie en enthousiasme aan de sensibilisering over de gevaren van explosieve wapens zoals antipersoonsmijnen, niet-ontplofte munitie en geïmproviseerde mijnen. “Toen ik klein was, bestond er geen informatie over wat we moesten doen wanneer we in een mijnenveld terechtkwamen.
Elke dag horen we op televisie of op sociale media over ongevallen. Onlangs nog wilde een gezin uit Mosoel naar huis terugkeren. Toen ze de deur openden, zijn de explosieven ontploft. Vader, moeder en drie kinderen kwamen om. Er zijn zelfs 1 500 explosieven teruggevonden in één enkel ziekenhuis! De strijders van IS hebben mijnen gelegd in woningen en geïmproviseerde mijnen gemaakt met alles wat ze konden vinden, zoals drankflessen en zelfs de Koran!
Je kan je al inbeelden hoe de situatie in Mosoel en andere Iraakse steden is. Er is geen school, de gebouwen zijn vernietigd en er is geen toegang tot de ziekenhuizen. De mensen zijn constant bang dat ze gewond raken of gedood zullen worden. Eigenlijk raakt de oorlog vooral de burgerbevolking, die een hoge tol betaalt. Door de gemeenschappen, en vooral vrouwen en kinderen, te sensibiliseren voor de gevaren, zorg ik er mee voor dat het aantal slachtoffers in Irak beperkt blijft.”