Ontmijning in Tsjaad
Een team van vijf onderzoekers is begin januari naar Moyen-Chari vertrokken, een gebied in het zuiden van Tsjaad dat tweemaal zo groot is als België. Ze willen er gebieden onderzoeken waar mogelijk explosieve resten [1] liggen, voornamelijk achtergelaten tijdens de burgeroorlog in de jaren '80.
Een team van vijf onderzoekers is begin januari naar Moyen-Chari vertrokken, een gebied in het zuiden van Tsjaad dat tweemaal zo groot is als België. Ze willen er gebieden onderzoeken waar mogelijk explosieve resten [1] liggen, voornamelijk achtergelaten tijdens de burgeroorlog in de jaren '80.
Bij gebrek aan archieven hangen de onderzoekers af van wat de 'anciens' zich herinneren om deze risicogebieden in kaart te brengen. Dankzij hun getuigenissen is het mogelijk om de gevaarlijke zones te lokaliseren of om mensen gerust te stellen die ten onrechte denken dat het gebied gevaarlijk is. Denis Ricca, die het onderzoeksteam van Handicap International leidt, pent zijn ervaringen neer over de tiendaagse missie.
Dag 1
Vertrek op 12 januari vanuit Ndjamena, de hoofdstad van Tsjaad. Twee dagen onderweg. Zeer druk op de baan. Hoofdweg loopt langs de grens met Kameroen. Heel wat ongevallen.
Dag 2
Stop te Danamadji (niet ver van de grens met Republiek van Centraal-Afrika). Het team vestigt zich in een oud lokaal van het Wereldvoedselprogramma (WVP). Moeilijk om foto's te nemen van de inwoners: de politieke situatie in Tsjaad kan onzeker zijn en het idee om in een document te verschijnen schrikt de mensen een beetje af. Ontmoeting met de overheden om Handicap International voor te stellen. Elementaire beleefdheidsregel. Zo kan ook officiële steun bekomen worden.
Dag 3
Ontmoeting met invloedrijke lokale prominenten: schooldirecteurs, parochiepriesters, etc. De helft van de mensen in Moyen-Chari zijn christenen. Bewustmakingssessies voor het publiek in de scholen, van het vijfde leerjaar (10-11 jaar) tot het derde middelbaar (14-15 jaar). Het team toont foto's van munitie en typescenario's van ongevallen. Reactie van de leerlingen en informatievergaring. Zeer gelokaliseerde aanwezigheid van explosieve resten in de omgeving. We maken van de gelegenheid gebruik om onze sensibiliseringsboodschappen te verspreiden, aangezien de bevolking zich hier veel verplaatst. Vooral het oosten en het noorden van Tsjaad zijn hard getroffen. In totaal zullen we met onze bewustmakingsactie 1.676 mensen, met inbegrip van leerlingen en onderwijzers, bereikt hebben.
De onderwijsinstellingen kennen een groei van 15% per jaar omwille van de mensen die terugkeren naar Tsjaad vanuit de Centraal-Afrikaanse Republiek, nadat ze voor het geweld naar de CAR waren gevlucht. Het gaat om mensen die nog steeds zeer getekend zijn door het geweld in de jaren 1980. Sommigen waren gevlucht naar de CAR en zijn in het begin van de jaren 2000 teruggekeerd naar Danamadji.
Dag 4
Dag van de grote veemarkt. We trachten de veehouders te bereiken met onze bewustmakingsactie. Boodschappen en uitnodigingen voor bijeenkomsten via de megafoon. Niemand komt. Wanneer we via de luidspreker zeggen "Uw vee is mogelijk is gevaar!", komen ze allemaal! 106 mensen hebben deelgenomen aan de bijeenkomst.
Volgend onderzoek bij een twintigtal geselecteerde mensen: dit maakt het mogelijk vier niet-ontplofte obussen in kaart te brengen, ofwel vier welbepaalde inslagpunten die met aarde bedekt zijn door het leger. Twee op een speelplaats, één onder het huis van een privépersoon en één op een klein pleintje. Ze zijn er al dertig jaar aanwezig!
Dag 5
De veiligheidssituatie verandert. Tsjaad neemt een standpunt in t.o.v. Boko Haram (nota: het Tsjaadse leger heeft sinds eind januari een regionale aanval ingezet op Boko Haram, door grondtroepen te sturen naar Nigeria en Kameroen.) Geen communicatiemiddelen in Moyen-Chari. Enkel sms-berichten komen aan ...
Dag 6
In Moussafoio, risicovoorlichtingssessies in kleine groepen van leerlingen. Hier verwachten we ons aan meer explosieve resten, dus zetten we meer middelen in. Eén uur per les. 423 leerlingen en onderwijzers nemen deel.
Dag 7
Er volgen onderzoeken in twee dorpen meer in het zuiden: in Motomolo, waar tegenstanders van voormalig president Hissène Habré enkele jaren geleden de rivier hebben overgestoken. Omdat hun vrachtwagen met munitie in het water was gevallen, hebben ze deze doen ontploffen. De munitie werd verspreid in een straal van 500 meter. Een afgedreven explosieve rest in de rivier werd in Gnala meegenomen door een visser die overleden is door de ontploffing ervan.
Dag 8
De doelgroep van onze risicovoorlichtingssessies zijn de vissers, aangezien de rivier mogelijk vervuild is met explosieve resten. De landbouwers minder, aangezien na het onderzoek blijkt dat de broussebranden sinds eind 1980 alle explosieve resten hebben vernietigd. De vissers daarentegen haalden nog explosieven boven in hun netten in het begin van de jaren 2000.
We ontmoeten twee slachtoffers in het dorp Gnala. In Motomolo proberen we de mogelijk vervuilde zone af te bakenen. We trekken de ongevallen na met de inwoners. In 1984 veroorzaakte een aangestoken brand aan de oever een ontploffing met een dode en een gewonde tot gevolg. In 1986 stierf een visser die op een explosief was gestoten. In 1992 vielen twee gewonden door een ontploffing tijdens de herstelling van een prauw (lang en smal vaartuig).
Dag 9
We kunnen niet verder naar het zuiden trekken. De interventie van het Tsjaadse leger in het noorden van Kameroen verandert de zaak. We krijgen geen toestemming om de grens met de CAR te naderen. Verscherpte veiligheid in de hoofdstad.
Dag 10
We begeven ons naar het noorden van Moyen-Chari, aan de grens met Guéra. Vervuiling in 2008 tijdens de poging tot staatsgreep. In Korbol, het grootste dorp van het district, is er een aanval met helikopters en raketten. Sommigen zijn aan de rivieroevers gevallen zonder te ontploffen. Het laatste geweld dateert van 2013. Een ondergronds munitiedepot, maar nog niet gelokaliseerd door de onderzoekers, zou mortiergranaten bevatten. Vraag is: hoeveel?
Wordt vervolgd ...
[1] Explosieve oorlogsresten, obussen, munitie, granaten, raketten die niet ontploft zijn en die een gevaar betekenen voor de mensen in de nabijheid.