Goto main content

Syrië: "Als god me maar liet sterven ..."

Noodhulp
Syrië

Mousa vluchtte in mei 2013 naar Jordanië. Ondanks zijn wankele gezondheid en diepe verdriet, vertelt hij nog levendig de gebeurtenissen van de afgelopen 2 jaar.   

Mousa thuis in zijn bed

Mousa vluchtte in mei 2013 naar Jordanië. Ondanks zijn wankele gezondheid en diepe verdriet, vertelt hij nog levendig de gebeurtenissen van de afgelopen 2 jaar.  

Mousa en zijn familie komen uit Deraa in het zuiden van Syrië, waar ze aanvankelijk ook wonen. In september 2012 wordt de stad echter zwaar gebombardeerd en moeten de inwoners vluchten naar ondergrondse schuilplaatsen. Wanneer Mousa op een dag naar de dichtstbijzijnde schuilplaats probeert te lopen, valt hij en breekt hij zijn heup. Hij wordt geopereerd en wordt een kunstmatige heup geplaatst. Helaas is er Mousa geen postoperatieve kinesitherapie voorhanden.

 

Bijna fatale keuze

Enige tijd later beginnen de bombardementen opnieuw en moeten de mensen terug vluchten om te schuilen. Mousa beslist om deze keer niet mee te gaan en thuis te blijven. Een bijna fatale keuze, zo blijkt: een bom vernielt een deel van het dak van zijn huis, maar de kinderen van Mousa vinden hem gezond en wel terug. De daaropvolgende dagen houden de bombardementen aan, maar ondanks de bevelen van zijn zoon om een schuilplaats te zoeken, weigert Mousa hem te volgen. "Ik heb tegen mijn zoon gezegd dat ik oud was en dat als ik moest sterven, ik dan maar zou sterven! Mijn zoon heeft me toen gezegd dat ik gewapende mannen over de vloer zou kunnen krijgen die me kwaad zouden kunnen doen. Dat ze dan maar afkomen, heb ik hem gezegd. Ik zal hen opwachten. Ze zullen me toch niets doen. Ik ben oud. Daar zullen ze het lef niet voor hebben."

Maar in de daaropvolgende uren beleeft Mousa een ware nachtmerrie. Gewapende mannen stormen bij hem binnen, gooien hem van het bed en delen hem rake klappen uit met de kolf van hun geweer. Op dat moment valt een bom op het huis, die wordt tegengehouden door een kast, vlak naast Mousa. De mannen schreeuwen. Mousa daagt hen uit: "Dood me dan als jullie willen”. Er worden twee kogels afgevuurd, die echter blijven steken in het bedframe. Wanneer een tweede bom het huis treft, vluchten de mannen weg. De buren van Mousa snellen hem te hulp en brengen hem in een kruiwagen naar een huis in de buurt.        

 

 "God wil niet dat ik sterf"

Enkele maanden later vlucht de hele familie, ook de oude Mousa, naar Jordanië. Ze worden opgevangen in het vluchtelingenkamp Zaatari, waar ze slechts enkele dagen verblijven. Vervolgens trekken ze naar Irbid, waar ze vandaag nog steeds wonen. Op dit moment verblijven zes van de acht kinderen van Mousa nog altijd in Syrië. Contact houden is zeer moeilijk, aangezien de telefoonverbindingen niet altijd werken.


Mousa heeft heel zijn leven lang hard gewerkt. Wanneer de tijd rijp was om op pensioen te gaan, kon Mousa eindelijk gaan genieten van welverdiende rust. Hij had nooit gedacht ooit getuige te zijn van hoe zijn huis verwoest werd en zijn land te moeten ontvluchten. Op sommige dagen, in een slechte bui, herhaalt hij onophoudelijk: "Het beste zou zijn om nu te sterven, maar God wil niets van me weten ...".

 

Kleinkinderen als rijkdom

Mousa en zijn familie wonen met negen in een bouwvallig gebouw dat nooit werd afgewerkt, in de buitenwijk van Irbid. Mousa verplaatst zich in huis enkel van zijn bed naar de badkamer. Sinds hij zijn heup gebroken heeft, is hij immers bang om te vallen. Om hem te helpen terug wat meer mobiel te worden, hebben de teams van Handicap International hem een looprek en een rolstoel gegeven. Ze hebben ook zijn familie gesensibiliseerd, zodat ze hem meer zouden aanmoedigen om zich te verplaatsen en om zijn angsten proberen te overwinnen. Mousa krijgt dankzij Handicap International maandelijks ook financiële steun. Een klein bedrag waarmee hij zijn huur kan betalen, kan eten en enkele geneesmiddelen kan kopen.


Ondanks het feit dat zijn situatie hem erg droevig maakt, vindt Mousa terug wat levensvreugde wanneer zijn kleinkinderen bij hem zijn. Met al zijn ervaring tracht hij ze voortdurend raad mee te geven voor de toekomst, zelfs al weet hij diep vanbinnen dat ze misschien lang een geïsoleerd leven zullen moeten leiden.

 

Meer over dit onderwerp

De realiteit van een 18-Jarige in Noord-Kivu: leven met de gevolgen van een bom
© E. N’Sapu / HI
Noodhulp Revalidatie

De realiteit van een 18-Jarige in Noord-Kivu: leven met de gevolgen van een bom

Net als veel andere mensen in Noord-Kivu is Espoir slachtoffer van het conflict in de Democratische Republiek Congo. Na een bomaanval verloor hij zijn been en moest hij zijn stad ontvluchten. Dankzij zijn nieuwe prothese kan hij nu opnieuw dromen en werken aan zijn toekomst.

1000 dagen oorlog: burgers voorname slachtoffers in Oekraïne
© M.Monier / HI 2024
Gezondheid Mensenrechten Mijnen en andere wapens Noodhulp Revalidatie

1000 dagen oorlog: burgers voorname slachtoffers in Oekraïne

Vooral in het oosten en het zuiden van het land is de impact van het gewapend conflict enorm.

Handicap International verliest opnieuw een medewerker in Gaza Noodhulp

Handicap International verliest opnieuw een medewerker in Gaza

Collega Sabreen laat samen met drie van haar kinderen het leven na een bombardement van het Israëlische leger.