Eli Martinez
Eli is van nature een harde werker en nieuwsgierig. “Ik houd ervan om bezig te zijn en ik heb altijd gewerkt”, zegt hij trots. Hij werkte dan ook al op heel wat verschillende plaatsen, in uiteenlopende beroepen. Op zijn 28ste was hij aan de slag in een goudmijn in de regio Piamonte. Het mijnbouwbedrijf bevond zich op een plaats waar zwaar gevochten werd als gevolg van het gewapende conflict tussen de paramilitairen en de guerrilla. Beide groepen wilden zich de bodemrijkdommen van de streek toe-eigenen.
Eli is van nature een harde werker en nieuwsgierig. “Ik houd ervan om bezig te zijn en ik heb altijd gewerkt”, zegt hij trots. Hij werkte dan ook al op heel wat verschillende plaatsen, in uiteenlopende beroepen. Op zijn 28ste was hij aan de slag in een goudmijn in de regio Piamonte. Het mijnbouwbedrijf bevond zich op een plaats waar zwaar gevochten werd als gevolg van het gewapende conflict tussen de paramilitairen en de guerrilla. Beide groepen wilden zich de bodemrijkdommen van de streek toe-eigenen.
Op 28 november 2002 werkte Eli al 6 maanden in de mijn. Zoals alle dagen zocht hij goud tussen heel wat verschillende gesteenten. Waardeloze stenen werden weggegooid en zo heeft het ongeval zich voorgedaan. Die dag kwam een steen terecht op de plaats waar een mijn verborgen lag. Deze ontplofte onmiddellijk. Eli zag niets meer, hij kreeg brokstukken in zijn ogen. “Ik was ervan overtuigd dat ik ook een been verloren had, omdat mijnslachtoffers meestal hun been verliezen.” Ervan overtuigd dat dit de laatste dag van zijn leven was, begon hij voor zijn kinderen te bidden.
Zijn maten die verderop aan de slag waren, hoorden de ontploffing en kwamen aangelopen. Eli lag op de grond. Ze lieten hem de rivier oversteken in een bootje en brachten hem op anderhalf uur tijd over naar het gezondheidscentrum waar zijn wonden werden schoongemaakt. “Overal was er bloed, in mijn ogen, mijn neus en zelfs in mijn mond…” Hij was ook geraakt aan zijn arm en een vinger. De artsen beslisten om hem naar het ziekenhuis te sturen. Eli werd daarop overgebracht naar het ziekenhuis van San Vicente in Medellin, waar al het chirurgische materiaal voor zijn ogen voorhanden was. “Mijn ogen moesten verwijderd worden. Ik kon er toch niet meer mee zien en ze waren ontstoken.” In het ziekenhuis verzorgde de chirurg ook zijn arm, waar een pees werd geraakt. Eli keerde terug naar Tolu, naar zijn moeder, die wanhopig was. Het was een moeilijke periode voor Eli, die dacht dat hij alles verloren had en dat het eenvoudiger was geweest indien hij het ongeval niet had overleefd. Zijn moeder heeft een winkel met artisanale producten en hij begon haar daar te helpen. Hij moest echter alles opnieuw aanleren: de geluiden rondom hem lokaliseren, zich verplaatsen in de woning…
Handicap International vindt dat de hulp aan de slachtoffers van mijnongevallen zo veelomvattend mogelijk moet zijn en zich niet mag beperken tot kinesitherapie of het verschaffen van protheses. Daarom voorziet de organisatie in zijn projecten voor de hulp aan slachtoffers ook programma’s voor sociale re-integratie. In juli kon ook Eli hier gebruik van maken en gaf hij zich op voor een opleiding in het blinden- en slechtziendencentrum “Een ander leven”, zegt hij. Handicap International betaalde het inschrijvingsgeld en het nodige materiaal. In het centrum leerden specialisten hem hoe hij zich kan verplaatsen met een witte stok, braille lezen en schrijven en tellen met een telraam. “Ik kan al schrijven, maar lezen is moeilijker”, vertelt een lachende Eli, die opnieuw een toekomst voor zich heeft.